22 december 2011

Esteban in het waterpolo

Gisterenavond gebeurde er in de ogen van vele touschouwers merkwaardige dingen in de Amsterdam Arena. Tijdens de voetbalwedstrijd Ajax - AZ kwam er een toeschouwer het veld inlopen. De toeschouwer gaf de keeper van AZ, Esteban een trap in zijn rug. Esteban reageerde en trapte de toeschouwer meerdere keren. Hierna gaf scheidsrechter Nijhuis de rode kaart aan keeper Esteban. Ook gaf de coach van AZ, Gert-Jan Verbeek aan, niet verder te spelen vanwege de onzekere situatie in de veiligheid van de spelers van AZ.

Toeschouwers, supporters en ook de media waren erg verbaasd over de rode kaart die scheidsrechter Nijhuis aan Esteban gaf. Voor zo ver ik weet, floot Nijhuis volgens de regels van het voetbalspel. De klacht die ik het meeste hoorde was "maar hij beschermde zichzelf toch?"

Als waterpolo scheidsrechter ben ik wel benieuwd hoe we dit soort situaties in het waterpolo zouden oplossen en moeten oplossen.
Dus vroeg ik vanochtend via Twitter:


Hierop kreeg ik enkele reacties

Tom van Wanrooij schreef


Hans Willemsen schreef:


En wat vind ik zelf:

Ik zelf dacht eerst aan het toepassen van spelregel 21.11 "grof geweld".

21.11 Het zich schuldig maken aan grof optreden of gewelddadig spel (inbegrepen opzettelijk trappen of slaan met de bedoeling letsel toe te brengen dan wel een poging daartoe) jegens een speler van de tegenstander of official (functionaris), al dan niet tijdens het spel, tijdens enig oponthoud, time-outs, na een doelpunt of in de pauze tussen de speelperioden.

Gebeurt dit tijdens het spel zal de overtreder voor de rest van de wedstrijd worden uitgesloten en er wordt een strafworp toegekend aan de tegenstander. De overtreder moet de zwemzaal (met inbegrip van de tribune) verlaten. De overtreder mag na 4 minuten werkelijk spel worden vervangen.

Wanneer de scheidsrechters gelijktijdig fluiten voor grof optreden of geweldadig spel voor spelers van de beide ploegen die voor de verdere duur van de wedstrijd worden uitgesloten en mogen na 4 minuten worden vervangen. De ploeg welke het balbezit had neemt de eerste strafworp, gevolgd door de andere ploeg. Na de tweede strafworp zal de ploeg die het laatst balbezit had de wedstrijd hervatten op de middenlijn of daarachter.

Mocht dit voorval zich voordoen gedurende enig oponthoud, time-out, na een doelpunt of gedurende een rustperiode, dan zal de speler worden uitgesloten voor de verdere duur van de wedstrijd en zal de zwemzaal (met inbegrip van de tribune) moeten verlaten. De overtreder mag na 4 minuten werkelijk spel worden vervangen en het spel wordt op de normale manier hervat.

Als je goed leest, staat bij deze regel niet dat deze kan worden toegepast bij grof geweld jegens een toeschouwer. Er staat namelijk: jegens een speler van de tegenstander of official. Een UMV4/S kan dus volgens mij niet worden gegeven.

Vervolgens komt spelregel 21.10 in Beeld "Wangedrag en in diskrediet brengen van het waterpolospel"

21.10 Het zich aan wangedrag schuldig maken, daarbij inbegrepen het gebruik van onacceptabele taal, agressiefof aanhoudend foutief spel, het weigeren gehoor te geven aan of tonen van gebrek aan eerbied voor de scheidsrechter of official, onoorbaar gedrag tegenover de waterpolospelregels of aanzetten tot het in diskrediet brengen van het waterpolospel. De overtreder wordt voor de verdere duur van de wedstrijd uitgesloten, met vervanging zodra zich een van de voorvallen voordoet waarnaar in WP 21.3 verwezen wordt en hij moet de zwemzaal verlaten (met inbegrip van de tribune).

[Indien een speler een overtreding maakt volgens deze regel, gedurende een rustperiode, time-out of na een doelpunt, zal de speler worden uitgesloten voor het resterende deel van de wedstrijd en een vervanger mag direct deelnemen aan de herstart van de wedstrijd omdat alle situaties worden beschouwd als een rustperiode: het spel herbegint op een normale manier.]


Deze regel kan hier volgens mij wel worden toegepast. De betreffende speler wordt uitgesloten en een vervanger mag aan het spel meedoen (na de normale 20 seconden straftijd).

Blijft vervolgens de vraag: wat doen we met de toeschouwer, het publiek in het algemeen en de rest van de wedstrijd.

Spelregel 7.5 geeft de scheidsrechter de mogelijkheid om een of meerdere toeschouwers weg te sturen:

7.5 De scheidsrechters hebben de bevoegdheid om elke speler, ploegfunctionaris of toeschouwer te gelasten de zwemzaal te verlaten wiens gedrag hen verhindert hun functie op een behoorlijke en onpartijdige wijze uit te voeren.


Verder bestaat er nog spelregel 7.6 die de scheidsrechter de mogelijkheid geeft om de wedstrijd te staken. De vraag die in dit geval geïnterpreteerd moet worden is of de actie van de toeschouwer (speler trappen) en de reactieve reactie van de speler met de bijbehorende straf (UMV) een regelmatig verloop van de wedstrijd verhinderd.

7.6 De scheidsrechters hebben de bevoegdheid de wedstrijd op elk moment te staken indien, naar hun oordeel, het gedrag van de spelers of toeschouwers of andere omstandigheden een regelmatig verloop verhinderen. Indien de wedstrijd gestaakt moet worden, brengen de scheidsrechters aan de bevoegde instanties verslag uit.


Een bewuste actie van een supporter om een speler te willen uitschakelen verhindert volgens mij een regelmatig verloop van de wedstrijd. Staken is dus gerechtvaardigd.

Vervolgens brengt de scheidsrechter rapport uit van de door hem gegeven UMV aan de speler. De tuchtcommissie van de KNZB beslist vervolgens of hier sprake moet zijn van een schorsing. Ook brengt de scheidsrechter rapport uit over het hoe en waarom van het staken van de wedstrijd. Het is verder aan de competitieleider om hierin een beslissing te nemen.